Daling arbeidsduur
Veel Belgische bedrijven opteerden ervoor om naakte ontslagen te vermijden en de verminderde productiviteit op te vangen door een daling van de arbeidsduur. Om de geleidelijke impact hiervan te evalueren, kijkt het Steunpunt WSE naar de jaargroei van het arbeidsvolume en van het totaal aantal werknemers.
De cijfers tonen dat de jaargroei van het arbeidsvolume volledig stilviel in het vierde kwartaal van 2008 (-0,2 procent) om een kwartaal later voor het eerst aanzienlijk te dalen met -2,5 procent. In het tweede kwartaal van 2009 liep de gecumuleerde daling op jaarbasis nog sterker op tot -2,8 procent.
Daling werkgelegenheid
De evolutie van het arbeidsvolume liep hiermee een kwartaal voor op de evolutie van de werkgelegenheid uitgedrukt in personen. De jaargroei van het aantal werknemers in Vlaanderen daalde immers voor het eerst in het eerste kwartaal van 2009 (-0,3 procent). Vervolgens liep de daling op jaarbasis in het tweede kwartaal van 2009 verder op tot -0,8 procent.
Dit betekent dat 17 500 Vlaamse jobs verloren gingen tussen het tweede kwartaal van 2008 en het tweede kwartaal van 2009. Vooral de industriële sectoren, met in hun kielzog de uitzendsector, werden geconfronteerd met aanzienlijke krimpcijfers in de werkgelegenheid.
Jobverlies beperkt
Deze trends tonen aan dat bedrijven bij een dalende productiviteit vooreerst en hoofdzakelijk beknibbelen op het arbeidsvolume en het gemiddeld aantal gewerkte uren per werknemer reduceren. De gemiddelde werkweek per werknemer (voor voltijdse en deeltijdse werknemers samen) kortte effectief in van 32,4 uur in het tweede kwartaal van 2008 tot 31,8 uur in 2009 (-0,6 uur per week).
Hiervoor kunnen bedrijven een beroep doen op de anticrisismaatregelen die door de Vlaamse en federale overheid werden ingevoerd. Door het reduceren van de gemiddelde arbeidsduur werden de lasten van de crisis gespreid over een grotere groep van werknemers.
Het Steunpunt schat dat er dankzij de vastgestelde arbeidsduurreductie met gemiddeld 0,6 uur per week een bijkomend verlies van het equivalent van 41.500 (voltijdse + deeltijdse) jobs vermeden kon worden, bovenop het effectief vastgestelde netto-verlies van 17.500 jobs.
Vermoedelijk zal deze techniek van inkrimping van het arbeidsvolume via arbeidsduurvermindering en economische werkloosheid voor heel wat bedrijven niet volstaan om bij een aanhoudend crisisklimaat het hoofd boven water te houden. Als arbeid ‘oppotten’ niet langer lukt, kunnen er dus nog heel wat ontslagen volgen.
Ook de Europese Commissie vreest zo’n scenario en verwacht dat de werkloosheidsgroei in 2010 bij ons groter zal zijn dan gemiddeld in de EU-27 (+1,7 ppt versus +1,2 ppt). Bovendien wordt verwacht dat de Belgische werkloosheidsgraad nog tot 2011 zal toenemen, een jaar langer dan gemiddeld in de Europese Unie (Autumn Forecast 2009).
Lees hier de volledige Arbeidsmarktflits van het Steunpunt WSE.