Niet zelden wordt talentmanagement selectief toegepast, voor de ‘high potentials’, die als kroonprinsen klaargestoomd worden voor hun latere opdracht. Voor die elite gaat men verder dan het klassieke competentiemanagement. Men gaat ook op zoek naar onderliggende drijfveren, persoonlijke waarden en sterkten om de ontwikkeling zo motiverend mogelijk te laten verlopen. Deze weliswaar belangrijke maar te beperkte vorm van talentmanagement is nu net één van de oorzaken dat vele medewerkers zich verwaarloosd voelen. Met de structureel steeds krapper wordende arbeidsmarkt wacht er dan ook een veel grotere uitdaging: het benutten van de talenten van álle medewerkers. Het Acerta Talentonderzoek toont duidelijk de correlaties aan tussen de (perceptie van) talentbenutting en de attractiviteit van de werkgever, de verloopintentie, de arbeidstevredenheid, het engagement en de betrokkenheid van de medewerkers. Dit impliceert het samengaan van ‘personeel en organisatie’, zodat een talentgedreven arbeidsorganisatie mogelijk wordt. ‘Innovatieve arbeidsorganisatie’ De opmars van de ‘innovatieve arbeidsorganisatie’ moet ook...