“In de metaalbouw is 90 procent van de werknemers een man, in de textielsector is dat 74 procent. Bij de elektriciens is slechts 3 procent vrouwen, en in de non-ferro 1 procent vrouwen – daar zijn het er in totaal 58, die kan je gewoon samenbrengen in één zaal. Geen wonder dat die bedrijven de reputatie hebben alleen maar ‘mannenberoepen’ te hebben.”“Wat kunnen dergelijke technische bedrijven doen om aantrekkelijker te worden bij vrouwelijke werknemers? Dat heeft te maken met de hele discussie die zowel voor mannen als vrouwen relevant is: die over werkbaar werk. Als het gaat over vrouwen die als arbeidster in de industrie willen gaan werken, hoor je wel eens dat het werk ‘te zwaar’ is voor hen, dat vrouwen de jobs daar niet aankunnen omdat je veel moet heffen, tillen, sleuren... Maar, wat te zwaar is voor een vrouw, is dat op termijn ook voor een man....