De Belgische werknemers bengelen volgens de Europese salarisstudie van het advieskantoor Deloitte onderaan in de Europese rangschikking wat betreft de nettolonen. Enkel in Griekenland, Denemarken en Italië rijven werknemers aan het einde van de maand nog minder binnen. Het grootschalig onderzoek vergeleek de loonkosten, nettolonen en het netto beschikbaar inkomen in 19 Europese landen. België staat in de algemene rangschikking dus op een 16de plaats. Een werknemer met een bruto jaarlijks inkomen van ongeveer 70.000 euro zal in ons land nog geen 40.000 euro overhouden. In Zwitserland, Tsjechië en Malta is het verschil tussen bruto en netto dan weer het kleinst.
De lage score van België is te verklaren door het feit dat onze werknemers vanaf een relatief laag inkomen (38.080 euro) in een hoge belastingcategorie belanden. In Zweden betalen werknemers bijvoorbeeld pas vanaf een jaarlijks inkomen van 65.947 euro het hoogste belastingtarief.
Hogere inkomens betalen
De taxshift heeft er wel voor gezorgd dat België het beter doet dan vorig jaar. Werknemers met een laag nettoloon houden nu iets meer over van hun brutoloon dan vroeger, al blijft de impact op de rangschikking beperkt. België klimt in vergelijking met vorig maar één plaats in de ranglijst van lage inkomens. Het doet het daar met een 10de plaats wel beter dan in de algemene ranglijst. Een werknemer die een bruto jaarlijks inkomen van 25.000 euro heeft, houdt volgens de studie gemiddeld iets minder dan 20.000 euro over.
Voor hoge inkomens scoort België daarentegen opvallend laag. Een werknemer met een gemiddeld bruto inkomen van 125.000 euro houdt gemiddeld slechts iets minder dan 60.000 euro netto over. In Zwitserland, dat hier bovenaan in de rangschikking staat, zou dat meer dan 90.000 euro zijn. België moet het stellen met een 17de plaats in de rangschikking voor hoge inkomens.
Gemiddeld beschikbaar inkomen
Als we echter de levensduurte en de kinderbijslag in rekening brengen, zitten de Belgische werknemers in de Europese middenmoot met wat ze kunnen besteden. Wonen is nog relatief betaalbaar en de kinderbijslag ligt hoog in vergelijking met andere Europese landen. In Brussel zijn de kosten voor levensonderhoud en huisvesting bijvoorbeeld nog altijd lager dan in de hoofdsteden van onze buurlanden (Luxemburg, Londen en Parijs).
Bron: Deredactie.be