Professor Miguel Meuleman onderzocht samen met Jana Deprez, Eva Cools en Mathias Cobben het ondernemend profiel van werknemers in Vlaanderen, de mate waarin organisaties intrapreneurship ondersteunen en de mate waarin werknemers nieuwe ideeën bedenken, promoten en realiseren.
Ondernemen is immers ook een proces dat zich afspeelt binnen gevestigde bedrijven en organisaties. Wanneer werknemers hier de drijvende kracht van zijn, dan spreken we van intrapreneurship. Een recente, wereldwijde bevraging toont aan dat in België een groot percentage (13,5 procent) van het totale aantal werknemers als intrapreneur geklasseerd kan worden.
België behoort tot een duidelijk afgescheiden kopgroep, samen met Scandinavische landen als Denemarken en Zweden. Een verklaring ligt in de hoge mate van werkgelegenheidsbescherming en sociale zekerheid in deze landen: werknemers met veilige banen verkiezen om nieuwe wegen te exploreren binnen hun bestaande baan, eerder dan zich te wagen aan zelfstandig ondernemerschap en de risico’s die daaraan verbonden zijn.
Grootschalige survey
Met de hulp van Vacature werden er 6000 vragenlijsten afgenomen bij werknemers van diverse bedrijven en organisaties in verschillende sectoren. Het doel van deze studie was het in kaart brengen van de mate waarin werknemers intrapreneurship vertonen en de mate waarin de organisatie- of bedrijfscultuur ondernemend gedrag bij werknemers aanmoedigt.
Uit deze bevraging blijkt dat het voornamelijk senior managers zijn die nieuwe ideeën genereren voor producten en diensten. Ook blijkt dat naarmate organisaties groeien en ouder worden, het ondernemend gedrag van werknemers afneemt.
Werknemers in de dienstverlenende sector zijn het meest ondernemend, terwijl werknemers in de overheidssector het minst ondernemend zijn. De non-profitsector doet het minder goed dan de profit wat betreft het ondernemend gedrag van werknemers.
Overheidscultuur remt innovatief werkgedrag af
De mindere mate van intrapreneurship bij werknemers van overheidsdiensten en onderwijsinstellingen moet gezocht worden bij een organisatiecultuur die ondernemend gedrag afremt. Zo blijkt duidelijk dat er binnen de overheid en het onderwijs minder steun bestaat bij het topmanagement voor vernieuwende initiatieven bij werknemers.
Voor de overheid in het bijzonder blijkt bovendien dat de individuele beslissingsvrijheid van werknemers te beperkt is. Terwijl steun van het management en individuele beslissingsvrijheid belangrijke verklarende factoren zijn voor ondernemend gedrag bij werknemers. In andere sectoren blijkt een te hoge werkdruk vaak een belemmerende factor om als werknemer vernieuwende initiatieven te lanceren.
Gebrek aan proactief gedrag
Een gebrek aan proactief gedrag verklaart eveneens waarom werknemers binnen de overheid en het onderwijs minder ondernemend zijn. Interne processen worden minder in vraag gesteld en werknemers zijn zich minder bewust van veranderingen in de externe omgeving, zoals technologische ontwikkelingen en sociaal-culturele ontwikkelingen die een impact kunnen hebben op hun organisatie.
Uit de studie blijkt ook dat bedrijven en organisaties kunnen werken aan een meer ondernemende bedrijfscultuur. “Een gebrek aan proactieve werknemers kan je opvangen door het uitwerken en implementeren van een ondersteunend bedrijfsklimaat”, meent professor Miguel Meuleman. “Ondernemerschap kan je duidelijk systematisch sturen in een bedrijf of organisatie.”