Het consultancybureau merkte een duidelijk positief effect van investering in training en opleiding op de bedrijfsresultaten, maar zag geen eenduidige relatie tussen vorming en innovatie. Europese bedrijven spenderen relatief minder aan training en opleiding dan Amerikaanse ondernemingen en het verschil wordt elk jaar groter omdat de budgetten voor opleiding in Europa telkens kleiner worden. De Belgische werknemers genieten dan nog beduidend minder opleiding dan de andere werknemers van het oude continent. Zij moeten het met 16,5 uren opleiding per voltijdsequivalent (VTE) per jaar stellen, of een derde minder dan het Europese gemiddelde van 23,9 uren. Een Belgisch bedrijf investeert gemiddeld 570 euro per VTE in opleiding, terwijl het Europese gemiddelde op 704 euro ligt, een verschil van 20%.
Leidt een bloeiende economie tot meer ruimte en middelen voor opleiding of genereren goed ontwikkelde werknemers hogere winsten? De richting van het verband is niet duidelijk, maar zeker is wel dat Amerikaanse werknemers veel productiever zijn dan hun Europese collega’s. Hun lonen stijgen ook sneller, maar door hun hoge productiviteit stoort dat dus minder. De Belgische werknemer, die weinig bijscholing krijgt, genereert opvallend genoeg wel de helft meer omzet (48%) dan het Europees gemiddelde. De loonkost ligt in België wel 32% hoger dan het Europees gemiddelde. Hij ligt 29% lager dan in de Verenigde Staten, maar de winst per werknemer ligt bij de Amerikanen negen keer hoger dan bij ons.
PwC liet zijn licht ook schijnen op de problematiek van delokalisatie. De uitbesteding van activiteiten en gedeelde dienstencentra worden meer en meer gezien als strategische beslissingen. Organisaties verplaatsen tegenwoordig ook activiteiten die veel toegevoegde waarde creëren en specifieke competenties vragen, merkt het bureau op. Lagere loonkosten zijn nog altijd een hoofdreden om te delokaliseren, maar de combinatie van lage loonkosten met goed opgeleide werknemers is van doorslaggevender belang. De trend is het meest zichtbaar in de telecom- en dienstensector. De beslissing om te delokaliseren ligt zelden in België omdat er zich hier nog weinig hoofdkwartieren bevinden. PricewaterhouseCoopers voorspelt voor de volgende drie jaar een delokalisatiestijging van 6 tot 10% in sectoren waarin weinig toegevoegde waarde wordt gecreëerd en van 4 tot 7% in sectoren met veel toegevoegde waardecreatie