Wie na een periode van ziekte het werk wil en mag hervatten, heeft de mogelijkheid om – eventueel in overleg met een arbeidsarts – een progressieve werkhervatting aan te vragen. Uiteindelijk is het doel van dergelijk traject de werknemer indien mogelijk weer naar het oorspronkelijke werkregime te begeleiden. Sinds 2016 is er een vernieuwd wettelijk kader voor deze vorm van werkhervatting. De cijfers zijn sindsdien alleen maar gestegen. Van 2015 tot 2019 zien we een toename van de progressieve werkhervatting met maar liefst 73 procent.
Figuur 1: Progressieve werkhervatting 1e jaar ziekte 2015-2019
In april en mei van dit jaar, tijdens de lockdown, werden er heel wat minder progressieve werkhervattingen opgestart dan anders. Maar het grote succes van de progressieve werkhervatting in de andere maanden van dit jaar, veegt het negatieve corona-effect helemaal weg. Voor de periode maart-augustus 2020 tellen we slechts 6 procent minder dossiers dan vorig jaar. In de periode januari-augustus 2020 zitten we zelfs bijna helemaal op het niveau van vorig jaar.
Miet Vanhegen, juridisch adviseur: “Het is best opmerkelijk dat er dit jaar ondanks corona nauwelijks minder progressieve werkhervattingen opgestart worden. Tijdens de lockdown konden heel wat arbeidsartsen geen vaststellingen doen of overleg plegen, waardoor ze geen nieuwe werkhervattingen konden begeleiden. Dat de andere maanden deze terugval compenseren, is een erg positief signaal. Werkgevers zijn, zelfs in erg moeilijke tijden, bezig met het reactiveren van werknemers na een ziekteperiode .”
België telt meer en meer langdurig zieken die de werkzaamheidsgraad naar beneden duwen. Om de werkzaamheidsgraad op te trekken naar 80 procent wil de federale regering nog meer werk maken van de re-integratie van de langdurig zieken. Daarvoor moet ze in de eerste plaats inzetten op een vroegtijdige interventie.
Miet Vanhegen: “Vandaag laat de wetgeving toe dat de werkgever na ten vroegste vier maanden een formeel re-integratietraject opstart. Studies wijzen erop dat de meeste succesvolle werkhervattingen waar mogelijk liefst binnen de drie maanden beginnen. Uit onze cijfers blijkt dat vorig jaar 31,1 procent van de progressieve werkhervattingen binnen de 90 dagen begonnen, dat is een pak minder dan voorgaande jaren. Het is niet positief dat de start van de ‘vrijwillige’ progressieve werkhervatting steeds verder wordt opgeschoven. Meer dan 15 procent van de progressieve werkhervatting in 2019 begon pas na meer dan een jaar. Wij pleiten er dan ook voor dat werkgevers al vroeger met hun werknemer en de arbeidsarts in dialoog te gaan, om het proces te versnellen.”
Bron: Acerta. De cijfers zijn gebaseerd op de werkelijke gegevens van een representatieve steekproef van werknemers in dienst bij meer dan 28.000 werkgevers uit de private sector, waartoe zowel kmo’s als grote ondernemingen behoren.