Ondernemingen worden steeds vaker betrokken bij grensoverschrijdende activiteiten. Belgische werknemers gaan voor een korte of lange periode in het buitenland werken, buitenlandse werknemers worden tijdelijk uitgezonden naar België of treden hier in dienst van Belgische werkgevers. Hoewel de betrokken partijen proberen de grensoverschrijdende tewerkstelling zo goed mogelijk te regelen, zijn de gevolgen vaak moeilijk te overzien. De arbeidsrelatie komt in aanraking met verscheidene conflicterende rechtstelsels, waardoor steeds meer regels op de arbeidsovereenkomst van toepassing kunnen zijn. Verschillende factoren kunnen van invloed zijn op de regulering van de arbeid, zoals de aard van de werkzaamheden, de intentie van de partijen, het land van tewerkstelling. Als snel verliest u uzelf in vele vragen. Onder welk recht en welk statuut wordt de arbeid verricht? Is er een arbeidsvergunning en arbeidskaart nodig om in een ander EU-land te werken? Wat met sociale zekerheid, minimumlonen, arbeidsduur, veiligheid, vakantiedagen…? Welke rol speelt het vrije verkeer van werknemers en diensten? Kunt u ‘Poolse loodgieters’ of ‘Baltische kindermeisjes’ tegen dumpingprijzen laten werken?
Dit boek behandelt het juridisch antwoord op dergelijke vragen. Het moet gezegd: dit is geen lachertje. Een juridisch naslagwerk is natuurlijk nooit ontspannende en gemakkelijke literatuur voor wie geen afficionado is, maar we vinden dat het allemaal iets minder droog had gekund. De metafoor van de tango (zie ondertitel) is een niet echt originele poging: “In het warrige samenspel van nationaal, Europees en internationaal recht zit een juridische tango: van de gestileerde lust waarmee sommige rechtstelsels zich opdringen tot de reactie van een in de steek gelaten rechtstelsel, dat de dans van de andere stelsels wil breken.” Niet echt geslaagd volgens ons.
Het boek scoort dan weer wel uitstekend op overzichtelijkheid en informatiegehalte (inclusief de sinds april 2007 van kracht zijnde meldingsplicht Limosa). Dat is waar het tenslotte bij deze soort boeken om gaat. Karel De Gucht merkt in het voorwoord terecht op dat het van groot belang is correcte informatie te verspreiden over deze materie gezien de grote vrees die leeft voor buitenlandse werkkrachten. Dit wetenschappelijk werk van advocaat Kurt Devos voldoet hieraan en brengt een scherper beeld van de problemen die effectief bestaan en van deze die op stemmingmakerij berusten. Wij vrezen echter dat de stemmingmakers dit boek niet zullen raadplegen.