Meer en meer organisaties in ons land willen afstappen van het standaard werkpatroon van op kantoor te werken van 9 tot 17 uur. Hun werknemers kunnen hun werkdag indelen volgens hun eigen prioriteiten vanuit de locatie die hen het beste uitkomt. De technologie en het juridische kader daarvoor bestaan.
Werknemers hebben duidelijk belangstelling voor het concept en de bedrijfsefficiëntie vaart er wel bij. Maar in nog heel wat sectoren is het thuiswerken nog helemaal niet doorgedrongen, hoewel het er zonder enig probleem zou kunnen worden ingevoerd.
“Zeer recent onderzoek wijst uit dat 64 procent van de actieve beroepsbevolking in ons land belangstelling heeft om te kunnen thuiswerken”, zegt professor Michel Walrave van de Universiteit Antwerpen. “Nochtans is flexibel werken nog lang niet ingeburgerd. Hoewel telewerk met 8 procent gestegen is in ons land sinds 2003, zien we dat slechts 19 procent van de actieve bevolking af en toe thuiswerkt. Daarenboven zien we dat thuiswerken slechts door 25 procent van de organisaties wordt aangeboden. Vergeleken met de 64 procent werknemers die er belangstelling voor hebben, is er duidelijk ruimte voor ontwikkeling. Maar de balans is positief: bij een vergelijkbare studie in 2003 werkte nog slechts 11 procent af en toe van thuis. Het gaat dus de goede richting uit.”
“Het plannen van en de balans tussen privéleven en werk, wordt door de meeste mensen aangestipt als de belangrijkste voordelen van flexibel werken”, vervolgt professor Walrave. “Dat wordt gevolgd door een betere levenskwaliteit. Dat het gezin ook voordeel uit een flexibele werkomgeving haalt, is te zien aan de voorkeurdagen die aangegeven worden om thuis te werken: vooral maandag en vrijdag (elk goed voor 30 procent), gevolgd door de woensdag (in 20 procent van de gevallen). Als voordeel wordt een betere concentratie tijdens het werk vernoemd, een betere autonomie en een hogere productiviteit. Men heeft wel wat schrik van minder sociaal contact, het missen van informatie en een verminderde waardering voor het werk dat men doet. Maar wanneer men effectief gestart is met telewerken, zijn een verhoogde productiviteit, betere kwaliteit van het werk en een betere balans tussen werk en privéleven de belangrijkste veranderingen die opgemerkt worden.”
“Precies om die positieve evolutie door te trekken, willen we met de Nationale Thuiswerkdag het debat aantrekken”, verduidelijkt Phillip Vandervoort, algemeen directeur van Microsoft, één van de organisatoren. “Wij zijn ervan overtuigd dat de formule kan werken voor veel organisaties in ons land. De technologie om via de pc met elkaar samen te werken en te communiceren via internet bestaat, zij is veilig en betrouwbaar en levert fikse besparingen op in telefoon- en reiskosten.”
“We zijn zelf net verhuisd en hebben het concept van ‘het nieuwe werken’ geïmplementeerd. Het ‘waar’ en ‘wanneer’ wordt niet langer beantwoord met ‘op kantoor’ en ‘van negen tot vijf’. Vanzelfsprekend speelt thuiswerken daarbij een belangrijke rol”, voegt Benny Covers, directeur bij Getronics eraan toe.
“Onze bedoeling is om van een kantoorgebouw een ontmoetingsplaats te maken, veeleer dan een ‘werkvloer’. Door medewerkers toe te laten om van thuis uit te werken, is er veel meer flexibiliteit om de werkplek zo te organiseren dat samenwerken en sociaal contact op kantoor gestimuleerd worden”, zegt AOS Studley verantwoordelijke Jan Lecompte.
“We krijgen heel veel vragen over de HR-aspecten van telewerk, hoe de cultuur en politiek van een organisatie aan te passen om flexibiliteit – waarvan telewerk een belangrijk deel is – in te voeren, hoe de veranderingen te managen (change management) en de mensen te begeleiden en ook over het wettelijke kader van thuiswerken: kan het voor iedereen, kan de werkgever het weigeren, is er een maximaal aantal dagen per week en ben je dan wel verzekerd? Onze specialiteit is net om vooraf al die vragen te beantwoorden, zodat zowel werkgever als werknemer duidelijke afspraken kunnen maken en van een dergelijk project een succes te maken voor de werknemers en de organisatie”, licht Peter De Bley van PwC toe.