Het is moeilijk te ontkennen dat de sociaaleconomische realiteit waarin we vandaag leven en de (overheids)maatregelen om daaraan het hoofd te bieden, niet bepaald in lijn liggen met die motiverende verwachtingen. Visionair leiderschap, duidelijkheid en houvast bij veranderingen, fair en waarderend behandeld worden,… zijn niet meteen de belevingen die mensen hebben bij de plotse ingrepen in de pensioenregeling, de extra belasting op de bedrijfswagens, de beperking van de mogelijkheden voor tijdskrediet,… Betekent dit echter dat medewerkers het laten hangen, dat zij hun engagement en hun inzet voor hun werk terugschroeven? Ik geloof het niet – op voorwaarde dat wij in organisaties werk maken van wat hen energie geeft en gedreven maakt. Wanneer het in de ruimere maatschappelijke context ontbreekt aan duidelijkheid en transparantie over een toekomstvisie, dan is visionair en voorbeeld(ig)leiderschap op het werk des te belangrijker. Is er een gevoel van willekeur en onsamenhangendheid in financiële regelingen, belastingen en tegemoetkomingen, dan wint een heldere en billijke regeling voor alles wat de organisatie-eigen arbeidsvoorwaarden betreft aan belang.
Misschien kunnen we net door het contrast te maken tussen het eerder negatieve klimaat in de buitenwereld en een positieve aanpak en een waarderende kijk in de eigen organisatie een motiverende werkomgeving scheppen. Ik besef dat in organisaties die rechtstreeks getroffen worden en pijnlijke gevolgen ondervinden van de crisis het motivatievraagstuk zich scherper stelt. Maar beslist ook daar is de aandacht en de zorg voor wat medewerkers nodig hebben in die situatie van groot belang. Het is het belangrijkste middel om demotivatie als gevolg van ontgoocheling, onzekerheid en frustratie het hoofd te bieden. Motiveren is méér dan een werkwoord, het is een houding.