Alle werknemers van wie de werkgever een aanvullend bedrijfspensioen aanbiedt, hebben daar binnenkort recht op. Bestaande beperkingen voor jongeren en werknemers met een contract van korte duur, die nu geen aanvullend pensioen opbouwen, worden geschrapt. De Kamer zet het licht op groen voor een wetsontwerp van minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine (MR), die daarmee een Europese richtlijn uitvoert.
Ruim 75 procent van de werknemers in de privésector bouwt een bedrijfspensioen op als aanvulling op het wettelijk pensioen. Het bedrijf, en ook de werknemer, kan daarvoor een deel van het loon opzijzetten bij een pensioenverzekeraar of -fonds.
Om een aanvullend pensioen op te bouwen, moet een werknemer doorgaans minimaal 25 jaar zijn en minstens een jaar in dienst van zijn bedrijf zijn geweest. Wie minder lang in dienst was, maar voor wie wel geld opzij werd gezet, is dat bedrag kwijt.
De restricties verdwijnen op 1 januari 2019. “Ik verheug mij erop dat de rechten van de werkenden op een bedrijfspensioen worden uitgebreid, wat bijdraagt tot de veralgemening van de aanvullende pensioenen”, zegt minister Bacquelaine.
Bron: De Tijd (tijd.be)
Â