Dit leert het Salariskompas van Jobat, een loonenquête waaraan dit jaar 83.000 respondenten deelnamen (arbeiders, bedienden, ambtenaren). De lonen zijn vorig jaar voor zowat elk type werknemer gestegen, maar de toename is niet gelijk verdeeld: er zijn bepaalde groepen die er meer van genieten. Zo is de stijging groter bij mannen, hoger opgeleiden, werknemers met meer dan 25 jaar ervaring en in grote organisaties.

Voorts ligt de toename van het loon gemiddeld hoger bij bedienden of overheidspersoneel dan bij arbeiders. Opvallend is dat zo goed als alle sectoren en functies er qua loon op vooruit gaan. Medische en paramedische functies zijn bij de drie grootste stijgers qua brutoloon, en dat in een jaar gekenmerkt door een gezondheidscrisis.

Het aantal gemiddelde vakantiedagen neemt voor de eerste keer in vier jaar toe: van 27 naar 28. Maar ook hier blijven arbeiders wat achterwege: bij hen blijft het aantal vakantiedagen onveranderd op 24. Verder geldt ook: hoe groter het bedrijf qua aantal werknemers, hoe meer vakantiedagen.

Het gemiddelde startloon (geen of minder dan een jaar ervaring) bedraagt 2.561 euro bruto per maand. Ook het algemene loon van 3.783 euro voor de doorsnee werkende Belg is natuurlijk een gemiddelde. Veelverdieners trekken zo’n gemiddelde naar boven.
Daarom vermeldt men ook de mediaan en die ligt op 3.350 euro bruto. Concreet betekent dit dat de helft van de ondervraagden minder verdient dan dit bedrag en de andere helft meer.

Daarnaast zit ook het aantal extralegale voordelen waar werknemers op kunnen rekenen in stijgende lijn. Dat zijn er intussen gemiddeld 6,28 per werknemer met maaltijdcheques, een eindejaarspremie en een hospitalisatieverzekering als belangrijkste.

Ook hier laat corona zich voelen, want de grootste verschuivingen vinden plaats bij voordelen die te maken hebben met werken van op afstand. De laptop (20 procent hoger) en het internetabonnement (plus 14 procent) stijgen het meest. Ook thuiswerk nam logischerwijze fors toe (plus 61 procent). Aan de andere kant daalt voor het eerst het aantal werknemers dat een vergoeding krijgt voor zijn of haar woon-werkverkeer (min 10 procent).

Sectoren die het best betalen zijn ook dit jaar chemie, pharma, energie, milieu, banken verzekeringen. In horeca, toerisme, sport en recreatie verdient men het minst. In Brussel wordt gemiddeld ruim 30 procent meer verdiend dan in West-Vlaanderen of Limburg.

Bron: jobat.be