Nieuwsgierigheid is de belangrijkste drijfveer om levenslang te leren. Maar ook willen bijblijven in zijn vak en persoonlijke ontwikkeling zijn belangrijke drijfveren. Het vooruitzicht langer te moeten werken, is voor slechts 5 procent een stok achter de deur. Maar ook een hoger loon of promotie is zelden een drijfveer om te leren.
Zowel bij jongere als oudere werknemers is zelfontplooiing een veel sterkere drijfveer dan geld, status of het vooruitzicht langer te moeten werken. 80 procent is zelfs bereid om vrije tijd op te offeren om bij te leren. Bijna de helft wil zelfs een loonverhoging inruilen voor een opleidingsbudget.
Gedeelde verantwoordelijkheid
Voor de overgrote meerderheid is professionele ontwikkeling dan ook een gedeelde verantwoordelijkheid: 91 procent vindt dat zowel hijzelf als zijn werkgever het initiatief moet nemen. De werkgever levert echter volgens maar 44 procent van de respondenten genoeg inspanningen om ‘levenslang leren’ te promoten.
Eén op de drie ondervraagden denkt dat de opleidingsbudgetten verminderd werden door de economische crisis, een vaststelling die vooral door de oudere werknemers vertegenwoordigd wordt.
Hogeropgeleiden willen vooral hun vaktechnische competenties bijschaven, gevolgd door hun coaching- en managementvaardigheden en projectmanagement. Dat doen ze bij voorkeur in groep. De vijf populairste manieren om bij te leren zijn externe opleidingen, interne opleidingen, dagelijkse contacten met collega’s en leveranciers op de werkvloer, seminaries en congressen en deelname aan projectgroepen.
E-learning, webinars en sociale media zijn minder geliefde leervormen, al worden ze wel vaak gebruikt.