Leiderschap en competenties meten we kennelijk vooral af aan zelfvertrouwen, zo stellen onderzoekers van het Institute for Research on Labor and Employment (University of California).
Test aardrijkskunde
Blijkbaar hebben we een zwak voor mensen met veel zelfvertrouwen en dichten we ze allerlei positieve eigenschappen toe. Om die hypothese te testen, werden proefpersonen door Amerikaanse onderzoekers aan een aardrijkskundetest gezet. Ze kregen in paren een blinde kaart van de Verenigde Staten en moesten daarop samen steden benoemen. Voor de test werd ze gevraagd hoe goed ze daarin zouden zijn en hoe goed ze dachten dat de andere proefpersoon zou zijn.
De proefpersonen bleken zichzelf veel te hoog in te schatten. Net zoals een meerderheid van de mensen denkt beter dan gemiddeld auto te kunnen rijden, dachten disproportioneel veel proefpersonen beter dan gemiddeld te scoren op de aardrijkskundetest. Nog opmerkelijker was dat mensen die hoog over zichzelf opgaven, door hun testpartner nog hoger werden aangeslagen. Ze werden vaak door de ander in een leidinggevende rol geduwd.
Op een vragenlijst die de proefpersonen moesten invullen, kregen de mensen die hoog over zichzelf hadden opgegeven veel krediet van hun partners. Zo verdienen ze ‘veel respect’ en ‘veel bewondering’, alleen maar omdat ze zichzelf (te) hoog hadden ingeschat.
Normoverschrijdend gedrag gelinkt aan leiderschap
Volgens de onderzoekers is onze voorkeur voor arrogante types ingegeven door de manier waarop we naar de wereld kijken. We moeten constant beslissingen maken op basis van te weinig informatie. Dus pakken we wat we pakken kunnen. Iemand die zegt dat hij goed is, zal wel erg goed zijn, nemen we aan tijdens sollicitaties.
Uit onderzoek aan de Vrije Universiteit Amsterdam blijkt zelfs dat we normoverschrijdend gedrag automatisch associëren met leiderschap. In enkele experimenten werden proefpersonen onder andere geconfronteerd met iemand die te laat komt en met zijn voeten op tafel gaat zitten en iemand die sigaretten niet in de asbak, maar op de grond gooit. Vervolgens kregen ze de vraag: is deze persoon machtiger dan iemand die zich wel correct gedraagt? Hun antwoord luidde volmondig ja.
Bron: PW De Gids (pwdegids.nl)