Een onderzoek van PriceWaterhouseCoopers bij 500 Britse bestuursvoorzitters, financieel directeuren en HR-managers legt die perceptiekloof bloot. In de ogen van het topmanagement lijkt HR veeleer bijkomstig te zijn.
Die opinie wordt in hetzelfde onderzoek door de feiten weerlegd. Meer dan de helft van de bestuurders vindt professionele en persoonlijke ontwikkeling wel van levensbelang om de prestaties van de werknemers te kunnen opdrijven, maar tegelijkertijd weet bijna niemand wie daar eigenlijk voor verantwoordelijk is. Ze zien hier een rol weggelegd voor de lijnmanagers, maar de HR-afdeling “moet zich niet te veel bezighouden met de ondersteuning van die managers”.
Bijna tweederde van het topbestuur stelt dat er te weinig gedaan wordt voor de opvolging van het topmanagement, maar amper 22% probeert daarin verandering te brengen. En terwijl de directeuren aangeven dat goede communicatie essentieel is om gestelde doelen te kunnen bereiken, vinden de meeste onder hen het maar ‘onzin’ hiervoor een structuur op poten te zetten. Tja.