Als gevolg van de crisis kondigt de ene na de andere uitzendgroep wereldwijd het schrappen van jobs aan. In de Belgische uitzendsector zouden in alle stilte vorig jaar zo’n kleine tien procent van de ruim 6000 jobs zijn geschrapt.
“Het uitzendvolume in België lag in november 2008 negen procent lager dan een jaar eerder. Je kan dat niet goed noemen, maar het is in elk geval beter dan in landen als Frankrijk en Spanje, met dalingen van twintig procent”, stelt Herwig Muyldermans, algemeen directeur van de sectorfederatie Federgon in De Tijd.

Natuurlijke daling

Uit de reacties die de zakenkrant sprokkelde leren we dat de uitzendkantoren het op een natuurlijke daling houden.
“Het voorbije jaar was het verloop groot genoeg om ons personeelsbestand sociaal zo goed als pijnloos aan te passen. De financiële crisis veroorzaakte een extra schok, maar iedereen in de sector heeft de economische verzwakking voelen aankomen en is tijdig begonnen”, stelt Jan Van Cauwelaert, de financieel directeur van Adecco Benelux. De marktleider in de wereld zag zijn personeelsbestand in België met vijf procent dalen tot 800.
“Ons personeelsbestand is in 2008 zo’n tien procent afgenomen van 1650 naar 1500 FTE”, zegt Jan Denys, directeur communicatie bij Randstad, de marktleider op de Belgische markt. “Dat is bereikt door bij te sturen op natuurlijk verloop en door uitzendkrachten intern niet te verlengen. We hebben nog niemand moeten laten gaan om economische redenen.”
Ook bij USG People spreekt men van een natuurlijke daling met zo’n tien procent naar 1100 FTE. “Dat België zo goed standhield, schrijf ik vooral toe aan de kmo-structuur van onze economie”, zegt Hubert Vanhoe, de directeur USG People België.

Vakbondsreactie

De bedienden- en kadervakbond van het ACV, LBC-NVK, wil hierop enige nuance aanbrengen. “Vandaag stellen dat er in 2008 geen gedwongen ontslagen zijn gevallen doet in deze sector de waarheid geweld aan”, klinkt het.
De vakbond geeft toe dat er in de grotere uitzendkantoren vooralsnog nog geen massa’s naakte ontslagen zijn gevallen. Maar dit heeft volgens LBC-NVK onder meer te maken met de vakbondsaanwezigheid in de overlegorganen (ondernemingsraad en/of vakbondsafvaardiging). “Een andere reden is dat het verloop in deze sector normaal rond de 25 procent per jaar ligt. Nog een element dat voorlopig erger heeft kunnen voorkomen, is het feit dat uitzendkantoren er een gewoonte van maken om structureel gebruik te maken van ‘interne uitzendkrachten’.”

Toch maakt LBC-NVK zich op zeer korte termijn zorgen over de tewerkstelling in deze sector. Dit omwille van de volgende redenen:

Het verloop binnen de sector valt stil.

Eind 2008 zijn de eerste kantoren in de steden reeds gesloten.

De buffer van ‘interne uitzendkrachten’ heeft zijn limiet bereikt.

De markt herstelt momenteel nog niet. Afhankelijk van de bron, spreekt men in januari 2009 van een daling van tien tot twaalf procent.

De kleinere spelers op de markt zijn nog steeds tegen het sociaal overlegmodel, zodat de vakbonden geen betrokken partij zijn en er geen sociale begeleiding is.

De aandeelhouders van de multinationals blijven vasthouden aan hun persoonlijke inkomensgarantie.

De buurlanden zijn in deze sector meestal de voorbode van wat komen gaat in België.

Bron: De Tijd, LBC-NVK