Twee jaar geleden waren jongeren onbevangen en zelfverzekerd. Dat had alles te maken met de krapte op de arbeidsmarkt. Ze rekenden op vrijheid en zelfstandigheid. Ondertussen is Nederland in een economische crisis beland.
Werksfeer blijft belangrijk
De jongeren die hun eerste stappen zetten op de arbeidsmarkt zijn geen jobhoppers. Een ruime meerderheid (57 procent) verwacht tot het 40ste levensjaar maximaal drie werkgevers te hebben. Veel jongeren willen het liefst langere tijd bij dezelfde organisatie werken en binnen dat bedrijf doorgroeien. Eén op de drie jongeren (32 procent) noemt dat zelfs als voornaamste kenmerk van een ideale carrière.
Crisis of niet, jongeren hechten nog altijd meer belang aan de zachte baankenmerken dan aan de harde. Zo staat een goede werksfeer op de eerste plaats (53 procent), gevolgd door leuke collega’s (46 procent) en een eerlijk salaris (42 procent).
Een hoog salaris wordt door slechts 21,3 procent van de jongeren als zwaarwegend beschouwd. Duidelijk minder belangrijk geworden zijn de ‘idealistische’ baankenmerken: parttime werken, het maatschappelijk nut van het bedrijf en het algemene imago van de organisatie.
Jongeren verwachten dat hun leidinggevenden vooral inzet waarderen, coachen en duidelijk vertellen wat ze verwachten. Daarbij is autoriteit ‘in’, maar autoritair is ‘uit’. Duidelijkheid scoort veel hoger dan bijvoorbeeld humor, vrijheid of begrip voor wat er in het leven van jongeren belangrijk is. Van voorkeursbehandelingen zijn jongeren niet gediend. 58 procent van de mannen en 41 procent van de vrouwen keurt dergelijk gedrag af. De leeftijd van de baas speelt nauwelijks of geen rol.