De wettekst van Maya Detiège (SP.A) en Valérie Déom (PS) kreeg een ruime meerderheid achter zich. Alleen N-VA en LDD onthielden zich.
“Het grote voordeel is dat men zich echt op feiten kan baseren”, zegt mede-initiatiefneemster Sonja Beck van CD&V. “Je kan het reële loon van een man naast dat van een vrouw leggen en ook andere eventuele voordelen vergelijken. Als men objectieve verschillen vaststelt, kan men nagaan waaraan dat zou liggen. Is dat omdat er lagere functies worden ingenomen door vrouwen of omdat voor dezelfde job misschien een andere verloning wordt gegeven?”
Extra rompslomp
De Belgische werkgeversorganisatie VBO is niet te spreken over de nieuwe wet. “We weten dat er verschillen zijn, maar die zijn maatschappelijk verklaarbaar”, zegt Michèle Claus, raadgever bij het VBO.
“We moeten dit met alle actoren in de maatschappij samen aanpakken, en niet zomaar doorschuiven naar de werkgever door bijkomende administratieve maatregelen op te leggen die veel tijd vergen en ook geld kosten.”
Ook het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen (NSZ) reageert afwijzend. “Alweer moeten bedrijven er extra administratieve taken bijnemen, deze keer om de loonkloof, waar ze bovendien weinig aan kunnen doen, weg te werken”, reageert Christine Mattheeuws, NSZ-voorzitter.
Volgens de ondernemersorganisatie heeft de loonkloof vooral te maken met het feit dat vrouwen vaker deeltijds en in minder betaalde sectoren werken. “Die kloof zal je dus nooit dicht krijgen, alle beleidsmaatregelen ten spijt”, weet de NSZ-voorzitter.
Bron: De Redactie/NSZ