Werkzoekende informatici waren er in 2002 wel voldoende in aantal, maar hun kennis bleek niet altijd aangepast aan de vacaturevereisten. De belangrijkste vaststelling is dat de laagconjunctuur nauwelijks invloed heeft gehad op het aantal knelpuntberoepen. De belangrijkste blijven al jaren onveranderd: ingenieurs, verpleegkundigen, technici en informatici, maar ook chauffeurs, mecaniciens, lassers, schrijnwerkers, slagers, bakkers en horecapersoneel. De uitstroom van geschoolde jongeren uit het technisch onderwijs blijft onvoldoende om alle vacatures in te vullen. Bovendien blijkt dat nogal wat kandidaat-arbeiders over te weinig basisvaardigheden beschikken om aan de vereisten van de bedrijven te voldoen. De nood aan bijkomende opleidingen is groot. Jongeren die voor een technische scholing kiezen, zijn vrijwel verzekerd van een baan. Vorig jaar waren er bij de VDAB alleen al meer dan 9000 vacatures voor geschoolde technici. Het aanbod voor ingenieurs ging als gevolg van de laagconjunctuur iets omlaag, maar bedroeg toch nog bijna 1000. Dat was meer dan het aantal werkzoekenden. Ook de zowat 2500 vacatures voor verpleegkundigen waren erg moeilijk in te vullen. Voor jobs in de horeca en de voedingsnijverheid blijven de minder gunstige werkomstandigheden een rem op het vinden van personeel.