Sinds de pestwet van 11 juni 2002 worden organisaties gewezen op hun verantwoordelijkheden om een degelijk welzijnsbeleid uit te bouwen in hun organisatie. In 2003 vroeg de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg aan de KU Leuven een onderzoek te starten met als doel het opstellen van een risicoanalyse-instrument voor het opsporen van ongewenst gedrag op het werk (pesten, ongewenst seksueel gedrag en geweld). Na drie jaar staan nu twee risicoanalysemeters op punt. De RATOG (Risico-Analyse Tool voor Ongewenst Gedrag) en RATOG-KMO (Risico-Analyse Tool voor Ongewenst Gedrag in kmo’s) peilen respectievelijk in grote organisaties (meer dan 100 werknemers) en kmo’s naar organisatiegebonden risicofactoren voor pesten op het werk. Zij meten welke factoren op taak-, team- en organisatieniveau mogelijke voorspellers zijn voor ongewenst gedrag op het werk. Deze instrumenten meten dus niet of er effectief gepest wordt in de organisatie, maar wel of er factoren zijn die pestgedrag in de hand kunnen werken. Als mogelijke risicofactoren onderscheiden de instrumenten rolconflicten (medewerkers moeten bijvoorbeeld tegenstrijdige taken uitvoeren), werkdruk (de combinatie van werkhoeveelheid en werktempo), jobonzekerheid, vaardigheidsbenutting (bijv. werk naar opleiding), de frequentie van conflict in het team of de afdeling, sociale steun van collega’s, mensgerichte cultuur (de mate waarin de organisatie bekommerd is over het welzijn van de medewerkers) en procedurele rechtvaardigheid (binnen de organisatie bestaan er duidelijke en rechtvaardige regels voor selectie, promotie en evaluatie die consequent worden toegepast; het omgekeerde van ‘vriendjespolitiek’).
Deze instrumenten zijn interessant voor preventieadviseurs, personeelswerkers en anderen belast met het welzijnsbeleid in hun organisatie. Het in kaart brengen van de risicofactoren is een eerste opstap om een preventiebeleid op te stellen en preventiemaatregelen te treffen. Door de opvolging – de RATOG en RATOG-KMO kunnen jaarlijks gescoord worden – kan een organisatie de effectiviteit van haar welzijnsbeleid opvolgen.
Meer info op www.respectophetwerk.be