Op 1 maart 2022 bestaat het mobiliteitsbudget drie jaar. De maatregel kwam de eerste jaren moeizaam op gang, maar in 2021 is het systeem toch populairder geworden. Eind 2021 maakte 1 op de 200 werknemers (0,48 procent) die recht hebben op een bedrijfswagen gebruik van een mobiliteitsbudget. Dat is een verdrievoudiging in vergelijking met een jaar geleden, toen amper 0,15 procent van de werknemers een mobiliteitsbudget had, meldt HR-dienstenbedrijf Acerta.
In het startjaar 2019 koos amper 1 op de 10.000 werknemers voor het mobiliteitsbudget. In het coronajaar 2020 was dat al opgelopen tot 1,5 op de 1.000.
De opmerkelijke stijging in 2021 zet zich ook dit jaar door. In januari 2022, noteerde Acerta evenveel aanvragen van bedrijven voor een mobiliteitsbudget dan vorig jaar op vier maanden tijd. Dat toont dat de nieuwe versoepelde versie van het mobiliteitsbudget, die op 1 januari 2022 in werking trad, een extra turbo zet op de populariteit van de maatregel.
Soepelere regels
Dat het mobiliteitsbudget ondanks de grotere flexibiliteit van het concept pas nu echt aantrekkelijker lijkt te worden, heeft veel te maken met de coronapandemie, maar ook met de beperkingen die golden voor het mobiliteitsbudget zelf. Nu, per 1 januari 2022, zijn er daarvan heel wat weggewerkt.
- Wie intern muteerde, moest eerst één jaar in aanmerking komen voor een bedrijfswagen of met een bedrijfswagen rijden voordat er naar het mobiliteitsbudget kon overgeschakeld worden. Dit kan nu onmiddellijk.
- De bestedingsmogelijkheden van het mobiliteitsbudget zijn verder uitgebreid: huisvestingkosten (bijvoorbeeld huur) kunnen nu ook als je binnen de tien kilometer van het werk woont, in plaats van vijf kilometer. Ook wie minstens 60 procent van thuis werkt, had eerder al recht op terugbetaling van de huisvestingkosten. Daarnaast kan de kapitaalsaflossing van een hypothecaire lening worden opgenomen in het mobiliteitsbudget, voorheen kwamen enkel de intresten in aanmerking. Abonnementen op het openbaar vervoer zijn niet langer beperkt tot het strikte woon-werkverkeer en ook niet tot de werknemer zelf, abonnementen voor gezinsleden kunnen eveneens opgenomen worden.
- De minimumgrens van het budget is 3.000 euro en de maximumgrens een vijfde van het bruto jaarloon of 16.000 euro. Deze beperking geldt sinds 2022.
Ook schieten jonge bedrijven nu plots wakker nu de deadline van hun derde verjaardag dichterbij komt. Als ze voor hun derde verjaardag het mobiliteitsbudget invoeren, moeten ze niet voldoen aan de voorwaarde om minstens 3 jaar bedrijfswagens aangeboden te hebben voordat het kan ingevoerd worden.