Het percentage niet-gepresteerde uren bij werknemers wegens langdurige ziekte blijft stijgen. In de gezondheids- en welzijnssector is de uitval het grootst met een percentage van 9,95 procent. De sterkste stijging wordt waargenomen in thuishulpdiensten, waar het aantal niet-gepresteerde uren tussen 2016 en 2021 zo goed als verdubbelde.
Cijfers van Partena tonen aan dat het aantal niet-gepresteerde uren door ziekte hoger is in Wallonië dan in de andere gewesten. Het gaat om een klein verschil. In Wallonië bedroeg het percentage niet-gepresteerde uren in 2021 7,87 procent. In Vlaanderen gaat het om 5,36 procent, in Brussel om 5,51 procent. Er is wel in alle gewesten een stijging merkbaar.
Hetzelfde geldt voor de sectoren, want ook daar zijn er verschillen. Het percentage niet-gepresteerde uren in de overheidsadministratie bedraagt 9,73 procent in 2021. Eén uur op tien wordt dus niet gepresteerd wegens ziekte.
De gezondheids- en welzijnssector laat de hoogste cijfers optekenen met 9,95 procent, waarvan de grootste stijging in thuishulpdiensten (huishoudhulp, gezinshulp, thuiszorg,…). Daar verdubbelde het percentage bijna, het steeg van 2,36 procent in 2016 naar 4,54 procent in 2021.
LEES OOK OP HR SQUARE: