Hoe mentaal pensioen tegengaan?
Mentaal gepensioneerden zijn fysiek afwezig, maar mentaal afwezig. Jenny Huijs, gezondheidswetenschapper bij de Nederlandse onderzoeksorganisatie TNO, introduceert het begrip in haar proefwerk dat ze eind deze maand verdedigt aan de Universiteit Utrecht. Mentaal pensioen uit zich op drie vlakken: een geringe interesse in leren, een lagere mate van bevlogenheid en minder ervaren waardering en absoluut geen verbondenheid met het werk.
De stap van mentaal pensioen naar ziekteverzuim is, mede omdat de verbondenheid met het werk er niet of nauwelijks is, niet al te groot.
“Vooral langdurig verzuim brengt verschillende negatieve gevolgen en hoge kosten met zich mee. Voor de werknemers zelf: zij gaan dingen missen als structuur, een stabiel inkomen of sociale contacten. Maar ook de werkgevers, en de samenleving in haar geheel, worden door ziekteverzuim belast. Negatieve gevolgen en hoge kosten zouden verminderd kunnen worden als ziekteverzuim wordt voorkomen of als werknemers sneller het werk hervatten”, zegt Huijs.
Meer vertrouwen
Om mentaal pensioen bij werknemers te verminderen, onderzocht Huijs enkele interventies. “Het blijkt dat een interventie die gezamenlijk binnen een team of afdeling wordt opgepakt, dus de werkvloer samen met de leidinggevende, de mate van mentaal pensioen vermindert.” Daarnaast bekeek Huijs hoe, na een periode van ziekte, werkhervatting versterkt kan worden. Bij werkhervatting blijkt 'self-efficacy' een hoofdrol te spelen. “Self-efficacy is het geloof dat iemand heeft in het kunnen voldoen aan de eisen van het werk of het vervullen van een werkrol. Werknemers met veel self-efficacy hebben meer vertrouwen dat zij kunnen omgaan met uitdagingen op de werkplek. Zij hervatten hun werk sneller bij verzuim.”
Volgens Huijs heeft self-efficacy een fijne eigenschap: het is veranderbaar en daardoor te beïnvloeden. “Interventies voor het bevorderen van werkhervatting kunnen zich dan ook beter richten op het versterken van self-efficacy.”
Bron: Universiteit Utrecht