Dat alles blijkt uit onderzoek van zelfstandigenorganisatie NSZ op basis van cijfers van de RVA. In 2013 namen gemiddeld 53.235 werknemers en ambtenaren ouderschapsverlof. Dat zijn er 5% meer dan in 2012, toen gemiddeld 50.766 werknemers en ambtenaren ouderschapsverlof opnamen. Ten opzichte van vijf jaar geleden, in 2008, gaat het zelfs om een toename van 42%. In 2000 namen slechts 8071 werknemers ouderschapverlof op.
71% van de werknemers en ambtenaren die ouderschapsverlof opnamen in 2013, deden dat volgens het 1/5-stelsel, waarbij ze één dag per week vrij hebben. 11% neemt halftijds ouderschapsverlof, terwijl 18% voor een voltijdse periode van drie of vier maanden kiest. 82% van de mensen die in 2013 ouderschapsverlof opnamen, bleef met andere woorden deeltijds aan de slag.
“Ouderschapsverlof blijft aan populariteit winnen”, stelt Christine Mattheeuws, voorzitter van NSZ, vast. Zij en haar organisatie stellen echter een heel andere aanpak voor om de algemene kostprijs niet zo hoog te laten oplopen: “Wij stellen voor dat werknemers en ambtenaren nog ouderschapsverlof mogen opnemen, maar zonder dat hier een uitkering tegenover staat.” Dat is jaarlijks goed voor een besparing van zo’n 150 miljoen euro.
Al beseft de ondernemersorganisatie dat de combinatie tussen arbeid en gezin niet altijd even evident is. Daarom is ze voorstander van alternatieve gezinsvriendelijke maatregelen die haalbaar en betaalbaar zijn voor werknemer en werkgever. Een meer flexibele arbeidswetgeving en meer kinderopvang op maat moeten daarbij de norm zijn.
Bron: NSZ
