Bij het verlaten van de werkplaats werd de kassierster hierop aangesproken, waarna ze in een verklaring de feiten bekende. Zij erkende ook op de hoogte te zijn van het arbeidsreglement over het meenemen van goederen. De werkgever stelde zowel de kassierster als haar vakbondsorganisatie op de hoogte van het voornemen om haar om dringende reden te ontslaan. Tegelijkertijd werd de bijzondere procedure opgestart met het oog op de erkenning van de dringende reden.
Buitengerechtelijke bekentenis
Het arbeidshof erkent de verklaring die de kassierster meteen na de feiten aflegde als een buitengerechtelijke bekentenis. Het bewijs door bekentenis is in principe toegelaten in alle gevallen, ongeacht de bepalingen betreffende de voorrang van het geschreven bewijs en zelfs tegen wettelijke vermoedens in. Er zijn geen bepaalde vormvereisten voor de bekentenis. Het is weliswaar aan te raden dat de werkneemster de verklaring ondertekent met “gelezen en goedgekeurd”. Dit heeft tot gevolg dat zij de inhoud van een verklaring aanneemt.
Vaak zullen werknemers achteraf betogen dat zij deze bekentenis onder druk en/of stress hebben afgelegd. In dit verband oordeelt het arbeidshof dat het aan de werkneemster is om te bewijzen dat haar toestemming aangetast is door een wilsgebrek. In casu kon zij dit niet aantonen.
Diefstal
Het arbeidshof merkt ook op dat wanneer de werkgever de werknemer diefstal verwijt, maar ook een verdere omschrijving geeft van de feiten (die bijvoorbeeld inhouden dat de werknemer tegen de instructies van de werkgever heeft gehandeld), dan moet veeleer gekeken worden naar de geest dan naar de vorm van deze omschrijving. De werkgever is er niet toe gehouden om te bewijzen dat de handeling van de werkneemster onder de precieze strafrechtelijke kwalificatie van diefstal valt.
Uit het feit dat de werkneemster het arbeidsreglement kende en uit de voorafgaande briefing blijkt dat de werkneemster zich wel degelijk bewust moet zijn geweest van het feit dat zij een duidelijke richtlijn van haar werkgever heeft overtreden.
De ‘nultolerantie’ die de werkgever voert op het vlak van diefstal is volgens het arbeidshof niet meer dan vanzelfsprekend. Het vertrouwen wordt hierdoor immers onherroepelijk geschonden.
Arbeidshof van Antwerpen, 9 september 2011, AR nr. 2011/AA/470