Via de Snel-Belg-wet werd volledig stemrecht voor niet-Europese vreemdelingen verzekerd, met een gemak dat uniek is ter wereld. Naar verluidt hebben vierhonderdduizend nieuwe Belgen daarvan gebruik gemaakt. Ik vind dat mooi, ik ben daarvoor. Toch bijt onze intelligentsia zich vast in gemeentelijk stemrecht voor vreemdelingen die dit gunstregime afwijzen, zo’n 150.000. Terecht vraagt Hugo Coveliers (VLD) zich af: “Wat is er zo vies aan de Belgische nationaliteit?”
Het antwoord luidt dat mensen wegens sentimentele redenen gehecht zijn aan hun land van oorsprong. Ik kan daar inkomen. Maar voor Turken en Marokkanen gaat dat niet op: wanneer zij de Belgische nationaliteit aanvragen, worden zij dragers van een dubbele nationaliteit. Dat heeft niet alleen een flagrante rechtsongelijkheid tot gevolg – strijdig met artikel tien van onze grondwet – maar is ook een bron van serieuze rechtsonzekerheid, vooral binnen gemengde huwelijken.
Een Marokkaanse Belg die hier gescheiden raakt en de kinderen toegewezen ziet aan zijn vrouw, kan zijn bezoekrecht probleemloos gebruiken om naar Marokko te reizen en daar terug te vallen op de rechtsregel dat mannen te allen tijde het hoederecht krijgen. Bij uitgeverij Van Halewyck verscheen het schrijnende verhaal van én van de vele moeders die daardoor hun kinderen verloren: Eurodisney ligt in Marokko van Sylvie De Smedt en Désirée De Poot.
Ondertussen zitten we daar met een intelligentsia die een principekwestie maakt van het toekennen van een recht aan mensen die dit recht afwijzen. Waarom? Voor vele Turken is het antwoord simpel: zij kijken reikhalzend uit naar de dag dat Turkije als natie tot de Europese Unie zal behoren. Een verlangen waarin ik hen graag ondersteun. Het gemeentelijke stemrecht kan hen gestolen worden. Voor Marokkanen ligt dat anders, volgens professor Vanbeselaere van de KU Leuven verlangen zij wel daarnaar. Hoe kan je dat verklaren?
Marokko staat sterk onder invloed van het wahhabitische Saoedi-Arabië, dat zijn vorm van islam wil exporteren door overal te investeren in moskeeën. Het Marokkaanse koningshuis koestert de pretentie rechtstreeks af te stammen van de profeet en cultiveert een rancune omdat het ooit Andalusië heeft moeten afstaan aan Spanje. Binnen dat koninkrijk zijn er onderhuidse stromingen die immigratie in Europa als een geleidelijke veroveringspolitiek bekijken. Zij moedigen hun landgenoten actief maar heimelijk aan om niet te integreren, maar wel demografisch te expanderen.
Moeten we daar schrik voor hebben? Ach nee, zelfs de huidige koning probeert voorzichtig te hervormen. Anderzijds, moeten we daar blind voor zijn? Ik houd niet van intellectuelen die met een boog rond probleemsituaties heenlopen, maar meteen klaar staan om een autochtoon te beschuldigen van racisme, ook als die beschuldiging komt van een racistische allochtoon.
Hoe met dit alles omgaan in HRM? Door strikt neutraal te zijn in de beoordeling van personen. Sollicitanten worden gewetensvol gerekruteerd op basis van objectieve criteria – daartoe behoren ook persoonlijkheidstests. Maar niét op basis van positieve discriminatie. De bedrijfswereld moet zich verzetten tegen de druk om allochtone sollicitanten op een onrechtvaardige wijze de voorrang te geven op autochtonen, want net dit creëert xenofobie. Daar profiteert slechts de perfide partij van. Er bestaan gelijke kansen in ons land. Op alle aanwezigen rust de taak om die te grijpen en daar op een faire wijze wat constructiefs mee te doen.