Video-cv’s worden almaar populairder als selectiemiddel. Er is echter nog weinig bekend over de voor- en nadelen van deze korte videofilmpjes, waarin een sollicitant zich presenteert aan potentiële werkgevers. Het belangrijkste verschil met een papieren cv is de introductie van beeld en geluid in de eerste fase van de sollicitatieprocedure en het effect dat dit heeft op de allereerste beeldvorming.
Rekruteerders blijken het papieren cv als eerlijker en meer baangerelateerd te beoordelen dan het video-cv. Ze vinden een video-cv te subjectief instrument is. Maar ook onbekendheid speelt een rol.
Bij sollicitanten hangt de beoordeling over het al dan niet eerlijk zijn van een video-cv af van persoonlijke kenmerken. Zo beoordelen sollicitanten met een niet-westerse culturele achtergrond het video-cv als eerlijker dan autochtone westerse sollicitanten en rekruteerders.
Sollicitanten met een zwakkere arbeidsmarktpositie oordelen eveneens positiever over video-cv’s dan sollicitanten met een sterkere positie. Niet-westerse etnische minderheden, sollicitanten met minder Nederlandse taalvaardigheid, lager opgeleide sollicitanten en sollicitanten die lager scoorden op een cognitieve capaciteitentest, zijn relatief positief over video-cv’s.
Extraverte sollicitanten zien met het video-cv meer mogelijkheden om zich te presenteren dan introverte kandidaten. Zij vinden het video-cv dan ook een eerlijker selectiemiddel dan introverte sollicitanten.
Toch leidt een video-cv niet zozeer tot meer discriminatie. In een veldexperiment is aan rekruteerders gevraagd een fictief papieren of video-cv te beoordelen. Daarbij werden naam en accent gemanipuleerd (Arabisch- versus Nederlands-klinkend), terwijl alle andere kenmerken van de kandidaat gelijk werden gehouden.
De onderzoeksresultaten laten zien dat het video-cv niet noodzakelijkerwijs tot meer discriminatie leidt dan het papieren cv. Een mogelijke verklaring is volgens de onderzoekers dat beeld en geluid in het video-cv een meer gepersonaliseerde vorm van sollicitatie mogelijk maken, waardoor stereotypering over de sollicitant minder kans krijgt in vergelijking met de beeldvorming van een ‘papieren persoon’ uit het traditionele cv.
Bron: HR Praktijk