In 2010 investeerde 66 procent van de bedrijven met minstens tien werknemers in opleiding van hun werknemers. In 2005 deed slechts 60 procent van de bedrijven dat.
78 procent van de Belgische bedrijven investeren in opleiding van hun werknemers. Alleen Oostenrijk (87 procent), Zweden (87 procent), het Verenigd Koninkrijk (80 procent) en Nederland (79 procent) doen beter.
In Polen (23 procent), Roemenië (24 procent), Bulgarije (31 procent) wordt het minst geïnvesteerd in opleiding van werknemers.
In organisaties die investeren in opleiding, krijgt gemiddeld 48 procent van de medewerkers opleiding. In grotere organisaties ligt dat gemiddelde met 49 procent iets hoger. In middelgrote ondernemingen kan 45 procent van de medewerkers opleiding volgen, in kleine ondernemingen is dat 46 procent.
Gemiddeld spenderen medewerkers 25 uren per jaar aan opleiding. Al is er een grote variatie tussen de verschillende lidstaten gaande van 14 uur per deelnemer in Tsjechië tot 40 uur per deelnemer in Malta. Belgische werknemers volgen jaarlijks gemiddeld 34 uren opleiding.
Bedrijven in de Europese Unie spenderen gemiddeld 0,8 procent van de totale arbeidskosten aan opleiding. In Italië is dit slechts 0,4 procent van de totale arbeidskosten, in Frankrijk 1,5 procent. In België wordt 0,9 procent van de totale arbeidskosten besteed aan opleiding van werknemers.
Bron: Eurostat
