Hoewel sinds medio vorige eeuw steeds meer vrouwen de weg naar universiteiten en hogescholen vinden, blijft de genderloonkloof bestaan. Volgens economisten Carolyn Sloane van de University of California, Riverside, en Erik Hurst en Dan Black van de University of Chicago verklaren de studie- en jobkeuze een deel van de loonkloof. Gemiddeld verdienen vrouwen met een professionele bachelor 23,3 procent minder dan hun mannelijke collega’s. In het onderzoek werd rekening gehouden met demografische kenmerken zoals leeftijd en ras. De helft van de loonkloof kan verklaard worden door de studiekeuze. Bij een gelijke studiekeuze verklaart de jobkeuze achteraf een deel van de loonkloof.
Uit de analyse blijkt dat vrouwelijke hogeschoolstudenten veelal een studierichting kiezen die tot lager betaalde jobs leidt. Zo kozen vrouwen geboren in de jaren 1950 een studierichting die tot jobs leidde waarvan het loon gemiddeld 12,5 procent lager ligt in vergelijking met de keuzes van hun mannelijke leeftijdsgenoten.
Vrouwen geboren in de jaren 1990 kozen studierichtingen die naar jobs leiden waarvan het loon gemiddeld 9,5 procent lager ligt in vergelijking met de keuzes van hun mannelijke leeftijdsgenoten.
Echter, als vrouwen typisch mannelijke afstudeerrichtingen kiezen, bijvoorbeeld engineering of economie, komen ze nog steeds terecht in minder goed betaalde banen. Bij vrouwen geboren tussen 1955 en 1965 was hun loon 12 procent lager. Al verkleinde de kloof tot 6 procent bij vrouwen geboren tussen 1975 en 1985.
Een van de redenen waarom de loonkloof blijft bestaan, ook al hebben vrouwen en mannen hetzelfde diploma, is dat vrouwen doorgaans in jobs terechtkomen waar minder uren moet gewerkt worden. Doorheen de tijd en alle leeftijden vonden de onderzoekers dat vrouwen gemiddeld 3 procent minder uren werken dan mannen.
Bron: Wall Street Journal