Teamwerk is geëvolueerd van een bijna utopisch theoretisch concept (in de jaren tachtig) tot een vaste waarde in de arbeidsorganisatie. Bijna driekwart van de ondernemingen zegt met teams te werken. De helft van alle organisaties werkt met teams volgens de criteria van de Stichting Innovatie & Arbeid: een team is een groep werknemers die zelfstandig instaan voor de uitvoering van de hun toegewezen taken en de autonomie hebben om zich zelfstandig te organiseren. Teams tellen twee tot en met twaalf leden. Een bedrijf is teamgeorganiseerd als minstens de helft van het personeel in dergelijke teams werkt.
Het aandeel teamgeorganiseerde ondernemingen is sinds 2001 niet wezenlijk veranderd. Wel veranderd is de werking in die teams, met name de bevoegdheden zijn uitgebreid.
Teamgeorganiseerde organisaties zijn het meest terug te vinden in de sectorcluster overheid, onderwijs en social profit. In de industrie komen ze het minste voor. In geen enkele sector evolueerde het aandeel teamgeorganiseerde ondernemingen over de edities van het onderzoek heen. Het aandeel teamgeorganiseerde bedrijven ligt wat hoger in de kleinere ondernemingen.
Een toenemend aantal teamgeorganiseerde bedrijven hanteert een vaste samenstelling van de teams. De bevoegdheden nemen duidelijk toe, het concept teamwerk lijkt tot ‘volwassenheid’ gekomen te zijn.
De relatie tussen teamwerk en werkoverleg is complex. Teamgeorganiseerde bedrijven zeggen meestal ook werkoverleg toe te passen. Maar ook hele wat niet teamgeorganiseerde bedrijven passen werkoverleg toe. Een van de twee wordt in de meerderheid van de ondernemingen toegepast.
Teamwerk lijkt een concept te zijn dat zowel past binnen een herziening van een productiestructuur, als het personeelsbeleid. Ondernemingen met teamwerk scoren hoger op het motief voor ‘beter competenties benutten’, ze leiden meer op en hebben vaker een opleidingsplan, kennen meer functioneringsgesprekken, terwijl andere kenmerken zoals een percentage leidinggevenden of het innovatiecijfer niet verschillen.
Enquêtegegevens
De gegevens van de TOA-enquête worden om de drie jaar verzameld op basis van telefonische interviews met personeelsverantwoordelijken of zaakvoerders. In 2001 waren er 1581 geldige antwoorden, in 2004 1646 en in 2007 1561. Er wordt voor elke editie een nieuwe steekproef getrokken. Bovenstaande conclusies zijn gebaseerd op de edities waar een exacte vergelijking mogelijk is.