De meerderheid (57 procent) vindt een job tijdens of bij afloop van de begeleiding, voor 11 procent was dit het geval kort na de begeleiding. Een overgrote meerderheid (70 procent) is dan ook tevreden over de begeleiding en heeft een positief beeld van outplacement.
Slechts 13 procent is ontevreden. Bovendien is 40 procent even of zelfs meer tevreden met de nieuwe job.
Outplacement-kandidaten zijn ook gemotiveerd om werk te vinden en die motivatie stijgt nog tijdens de begeleiding.
Het eigen netwerk aanspreken is de meeste effectieve strategie om een job te vinden. Bijna één op de vijf vond zo een job. Eén op de zes kandidaten werd ingeschakeld via uitzendkantoren.
Randfactoren
Toch hebben externe randfactoren een belangrijke invloed op de motivatie van kandidaten en hun kans op werk. De belangrijkste factor is ontmoediging door ervaringen met de ex-werkgever.
Sommige kandidaten zijn echter fysiek of mentaal niet meer in staat om te werken. Het vooruitzicht op brugpensioen tempert de motivatie van arbeiders ook om werk te vinden.
Gecombineerde begeleidingen scoren beter dan individuele en collectieve begeleidingen. Ook maatwerk tijdens de begeleiding is zeer belangrijk en moet voldoende rekening houden met de noden en verwachtingen van de persoon.
Federgon pleit op basis van dit onderzoek dan ook voor een veralgemening van outplacement. Al is hiervoor wel een hertekening van de ontslagregeling nodig. Bovendien vraagt Federgon dat het huidig systeem van (gedeeltelijke) terugbetaling van outplacement-kosten wordt uitgebreid naar alle gevallen van ontslag.
De federatie benadrukt dat bij herstructureringen het noodzakelijk is dat outplacement veel sneller kan opstarten. Vandaag wordt er vaak kostbare tijd verloren. Het huidige outplacementkader is te uitgebreid, te complex en te prescriptief.