Herinnert u zich die tijd nog, toen werknemers moesten zóeken naar een nieuwe baan? Toen solliciteren betekende dat je jezelf ging gaan verkopen bij mogelijke werkgevers, wetende dat jouw CV er één was op een hoge stapel? Die tijd is voorbij. Door de krapte op de arbeidsmarkt en de hevige strijd om personeel loopt het nu vaak andersom. Het zijn de ondernemingen die sollicitanten lokken, en daar zelfs helikoptervluchten, reisjes of een bonus voor willen bieden – nog vóór ze aangenomen zijn.

Dat bedrijven steeds verder gaan om nieuw personeel aan te werven, geeft de Belg een vertrouwensboost. Een derde van de werknemers (32 procent) gaat ervan uit dat ze zelfs binnen een paar weken elders aan een gelijkaardige job zouden kunnen beginnen. Nog eens een derde (32 procent) denkt dat de zoektocht naar gelijkaardig werk maar een paar maanden zou duren. 19 procent verwacht binnen het jaar te kunnen veranderen als hij/zij dat zou willen en slechts een kleine minderheid – 16 procent van alle werknemers – denkt langer dan een jaar nodig te hebben om van werkgever te veranderen. Dat blijkt uit een onderzoek van hr-dienstenbedrijf Acerta en jobsite StepStone bij 3.800 werknemers.

Zelfzekere twintigers en dertigers

Vooral bij jongeren is het vertrouwen groot dat ze snel elders aan de slag zouden kunnen. Bij de groep van de twintigers is maar liefst 80 procent ervan overtuigd dat ze binnen enkele weken tot maanden een gelijkaardige baan kunnen bemachtigen. Bij de dertigers is dat nog 75 procent. In de oudere leeftijdsgroepen neemt het vertrouwen af, naar 61 procent voor de veertigers en 58 procent voor de vijftigers. In de groep van 60-plussers meent 55 procent dat een snelle jobwissel haalbaar is.

De sector waar werknemers het meest vertrouwen hebben, is niet verrassend de gezondheidssector: 80 procent van de zorgmedewerkers denkt binnen de paar maanden bij een andere werkgever aan de slag te kunnen in een gelijkaardige job. Nog in de top vijf: de transport/logistiek (72 procent), de ICT (71 procent), techniek, productie & bouw (70 procent).

Drie op tien zouden sneller van job veranderen dan vorig jaar

Het grote vertrouwen van werknemers vertaalt zich ook in de intentie om van job of werkgever te veranderen. 30 procent geeft aan dat ze nu sneller van job zouden veranderen dan ze een jaar eerder hadden gedaan. En vorig jaar was die intentie al groter dan in 2020.

Eén op de vijf werknemers in ons land is momenteel actief op zoek naar een nieuwe job, 57 procent is niet actief op zoek maar staat wel open voor andere jobaanbiedingen.

Een derde wil blijven

En toch wil niet iedereen onmiddellijk ander werk. Liefst een derde (36 procent) gaat zelfs uit van het idee dat ze de hele verdere loopbaan bij hun huidige werkgever zullen blijven. Bij twintigers ligt dat percentage wel een stuk lager (24 procent) dan bij vijftigers (47 procent).

Ook opvallend: wie het gevoel heeft geen ‘duurzame loopbaan’ te hebben bij zijn bedrijf – een loopbaan die zinvol en werkbaar is waardoor de medewerker gemotiveerd en langer aan de slag blijft – is veel minder geneigd om de hele loopbaan bij dat bedrijf te blijven. Het gaat om 18 procent van de werknemers, ten opzichte van 47 procent van wie wel een duurzame loopbaan heeft.

Prioriteit: woon-werkafstand en jobinhoud

Het is duidelijk: werkgevers moeten uit hun pijp komen. Hoe? Wel, gevraagd naar de factoren die voor werknemers doorslaggevend zouden zijn om van job/werkgever te veranderen, staat de woon-werkafstand op één, gevolgd door jobinhoud, werkzekerheid, de mogelijkheid tot thuiswerk en de verhouding tot de collega’s.