Een arbeidsongeval waarbij een heftruck over de voet van de onfortuinlijke werknemer reed had een tijdelijke arbeidsongeschiktheid van 100 procent tot gevolg. Een zekere tijd later verklaarde de arbeidsongevallenverzekeraar de werknemer genezen met een blijvende arbeidsongeschiktheid van 5 procent.
De werknemer kon zich niet vinden in deze beslissing en vroeg de aanstelling van een deskundige, waar de arbeidsrechtbank gehoor aan gaf. Na een eerste onderzoek besloot de deskundige in zijn voorverslag tot een blijvende arbeidsongeschiktheid van 10 procent. De arbeidsongevallenverzekeraar was echter van oordeel dat 10 procent overdreven was en bezorgde de deskundige videobeelden die afkomstig waren van een privédetective. De detective had de betrokken werknemer gefilmd toen deze zich naar het deskundigenonderzoek begaf.
Uit de videobeelden bleek dat betrokkene gewoon kon stappen, terwijl hij tijdens het onderzoek de deskundige erop attent had gemaakt dat hij lichtjes scheef diende te lopen om de pijn enigszins te verzachten. Vervolgens besloot de deskundige in zijn eindrapport tot een blijvende arbeidsongeschiktheid van 7 procent.
(Niet) Nagaan of iemand gezond is
De arbeidsrechtbank was van oordeel dat er met het verslag van de detective geen rekening kon worden gehouden, omdat het een privédetective wettelijk verboden is om informatie in te winnen omtrent de gezondheid van een persoon en stelde een nieuwe deskundige aan.
Tegen deze beslissing tekende de arbeidsongevallenverzekeraar hoger beroep aan. Hierop ging het arbeidshof nauwgezet na of het verslag van de privédetective voldoet aan de vereisten van de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privédetective en de rechten van de werknemer niet schendt.
Het hof geeft aan dat de wetgever heeft willen verbieden dat een privédetective nagaat of een persoon al dan niet gezond is dan wel bepaalde gezondheidsproblemen kent. In dit concrete geval diende de privédetective echter niet de gezondheid van de werknemer na te gaan, nu zijn opdracht er louter in bestond om het tijdsgebruik van de betrokken werknemer gedurende één dag te volgen. De videobeelden tonen inderdaad aan dat de werknemer op de openbare weg stapt en met de wagen rijdt.
Het hof voegt hieraan toe dat de wetgever klaarblijkelijk niet heeft willen verbieden dat een privédetective wordt ingeschakeld om bewijs te verzamelen van het feit dat een partij die aangeeft arbeidsongeschikt te zijn, toch bepaalde activiteiten uitvoert.
(Geen) Inbreuk op de privacy
Bovendien is er, volgens het hof, geen inbreuk op de privacy van de werknemer. De beelden werden immers gemaakt op de openbare weg, werden geenszins verspreid (omdat ze enkel en alleen dienden als bewijs in deze procedure) en de beelden werden onmiddellijk overgemaakt aan de betrokkene en zijn raadsman.
Beelden gemaakt door een privédetective kunnen bijgevolg, volgens het hof, gebruikt worden door de arbeidsongevallenverzekeraar als bewijs in een procedure in het kader van een betwisting omtrent (het percentage van) arbeidsongeschiktheid, voor zover zij voldoen aan de wetgeving die het beroep van privédetective regelen en geen inbreuk uitmaken op de privacy van de werknemer.
Arbeidshof van Brussel, 18 mei 2015, 2014/AB/996