Een en ander blijkt uit cijfers van de Europese Commissie. Van de Belgische vrouwen heeft 28 procent een diploma hoger onderwijs. Bij de mannen is dat maar 27 procent. In de rest van Europa is dat vaak omgekeerd. In totaal heeft 12 procent van de vrouwen in de EU een diploma hoger onderwijs, tegenover 23 procent van de mannen. Het geringe verschil in opleiding heeft er echter nog niet voor gezorgd dat evenveel vrouwen als mannen aan het werk zijn en evenmin dat de loonkloof werd gedicht. Slechts 51,5 procent van de Belgische vrouwen werkt, tegenover 68,1 procent van de mannen. Van die werkende vrouwen kiest nog eens 37,7 procent voor een deeltijdse job, 7,6 procent oefent een zelfstandig beroep uit. België doet het wat dat betreft slechter dan het Europees gemiddelde; in de EU is 54,9 procent van de vrouwen aan het werk en 73 procent van de mannen. Er bestaat nog steeds een aanzienlijke loonkloof. Belgische vrouwen verdienen 89 procent van wat hun mannelijke collega’s in het loonzakje krijgen. Daarmee scoort ons land wel gevoelig beter dan het Europees gemiddelde. Dat bedraagt 84 procent. Vrouwen hebben het niet makkelijk: bijna twee op de drie Britse vrouwen jonger dan 35 zijn het combineren van het moederschap en een loopbaan moe en zouden liever terugkeren naar de traditionele vrouwelijke rol: die van het opvoeden van de kinderen.