Meer dan de helft van werkend Nederland (53 procent) komt meerdere keren per maand lusteloos thuis van een dag werken. Liefst 19 procent ervaart dit zelfs meermaals per week. Zo blijkt uit onderzoek van Zorg van de Zaak, is een netwerk van bedrijven op het gebied van bedrijfszorg, leefstijlzorg en medische zorg, bij ruim duizend Nederlanders.
Bijna twee derde (63 procent) van werkend Nederland heeft meerdere keren per maand grote moeite om zich te concentreren op het werk, waarvan iets meer dan een kwart (26 procent) dit verscheidene keren per week ervaart. En 42 procent heeft meermaals per maand minder werkplezier, omdat er geen mogelijkheden zijn om ‘breinvriendelijk’ te werken. Een derde van de werkgevers krijgt van zijn medewerkers een onvoldoende op het gebied van breinvriendelijk werken.
Drie vormen van mentale inspanningen
Concentratieproblemen, futloosheid en vermoeidheid kunnen tijdelijk voorkomen, maar ook van blijvende aard zijn. Er zijn op de werkvloer verschillende oorzaken te vinden, zoals het geregeld gestoord worden door collega’s, mobiele telefoons, inkomende mails en het uitvoeren van verschillende taken tegelijk. Dit zorgt ervoor dat het brein constant wordt overprikkeld en niet de tijd krijgt om te herstellen. Het brein slaat informatie minder goed op, waardoor we minder scherp kunnen nadenken en onze creativiteit vermindert.
De onderzoekers maken een onderscheid tussen drie versnellingen van mentale inspanningen van ons brein, namelijk:
- De lage versnelling ofwel de ‘breinherstelmodus’. Het gaat hierbij om ontfocussen, niet taakgericht, dagdromen, uit het raam staren.
- De middelste versnelling of ‘switchmodus’. Dit is veel, niet al te complexe taken door elkaar doen.
- De hoge versnelling of diepe focus. Deze staat voor verdieping, concentratie op een complexe taak en creatief denkwerk.
De eerste versnelling komt in het werk steeds minder voor. Digitalisering, het altijd ‘aanstaan’, het voortdurend verleggen van de aandacht van de ene opdracht naar de andere en afleiding zorgen voor een zware belasting en ontregeling van het brein. Daarmee neemt het aantal rustmomenten voor het brein af. Werknemers verliezen hun concentratie en gaan met een vol hoofd, futloos naar huis. De rust van de eerste versnelling heeft plaatsgemaakt voor de toenemende en constante prikkelstroom van de tweede versnelling. Doordat ons brein aan de tweede versnelling gewend is geraakt, wordt de stap naar de derde versnelling lastiger, waardoor we moeilijker kunnen focussen.
De onderzoekers pleiten dan ook voor gedragsregels om elkaar niet te storen op het werk. Al wijzen ze erop dat breinvriendelijk werken een gedeelde verantwoordelijkheid is. Werknemers moeten dus ook zelf hun gedrag aanpassen.
Bron: Zorg van de Zaak