Over het onderzoek
De onderzoekers baseerden zich op de samengevoegde data van de Gezondheidsenquêtes 2001 en 2004, aangevuld met sociaaleconomische gegevens van de Belgische gemeenten, waarbij 21.367 respondenten in 589 gemeentes in beschouwing werden genomen om de invloed van de werkloosheidsgraad in een gemeente op de mentale gezondheid en het welbevinden van de vrouwelijke en mannelijke bevolking te onderzoeken.
Breed gamma psychische klachten
Dat werkloosheid leidt tot een breed gamma van psychische klachten (zowel de werkloze vrouwen als mannen melden meer klachten van depressiviteit en probleemdrinken), was al bekend. Deze gevolgen zijn wat meer uitgesproken bij mannen. Wellicht, zo opperen de onderzoekers, omdat voor hen betaald werk meer hun enige bron van waardering en zingeving is. Werkloosheid leidt bij vrouwen eerder tot depressiviteit, bij mannen neemt probleemdrinken toe.
Vrouwen vertonen dus eerder internaliserend probleemgedrag, terwijl mannen hun onwelbevinden op een externaliserende wijze uiten.
Nefaste invloed onafhankelijk eigen werkstatus
De gemeentelijke werkloosheidsgraad oefent een nefaste invloed uit op de mentale gezondheid van de inwoners, onafhankelijk van hun eigen werkstatus. In gemeenten met een hoge werkloosheidsgraad rapporteert de bevolking meer problemen van depressiviteit en meer probleemdrinken.
“Dit is een geheel nieuwe bevinding die aantoont dat iedereen getroffen wordt door werkloosheid in zijn leefomgeving, zelfs wie er persoonlijk niet mee geconfronteerd wordt. Bovendien valt het belang van dit gemeenschapseffect voor de volksgezondheid niet te overschatten, omdat het gewoonweg op zoveel personen invloed uitoefent”, becommentariëren de onderzoekers.
Vrouwen nog gevoeliger
Het onderzoek leert ook dat vrouwen nog gevoeliger zijn dan mannen voor deze gemeenschapseffecten. Wellicht omdat ze meer ingebed zijn in lokale sociale netwerken: vrouwen zijn de voornaamste manager van het huishouden en de zorg voor de kinderen bindt hen aan de buurt, de buren, de lokale school en de lokale nutsvoorzieningen. Daarnaast werken vrouwen vaker in de gemeenten waar ze wonen, waardoor ze nefaste sociaaleconomische omstandigheden moeilijker uit de weg kunnen gaan.
Dit geslachtsdifferentiële gemeenschapseffect is zeer uitgesproken wat depressiviteit betreft, maar ook aanwezig bij probleemdrinken, een vorm van probleemgedrag die men eerder bij mannen zou verwachten.