Bij heel wat organisaties is gendergelijkheid nog geen gemeengoed. Bij 60 procent van de bedrijven zit er geen enkele vrouw in de bestuursraad. Verder heeft de helft geen enkele vrouwelijke senior executive en de overige helft heeft er vaak maar één. Dat blijkt uit een groot onderzoek (bij 21.980 bedrijven in 91 landen) van het Peterson Institute for International Economics.
Diverse vaardigheden
Het internationale onderzoek concludeerde dat organisaties met ten minste 30 procent vrouwen in kaderfuncties, maar liefst 15 procent meer winst maken. De verklaring is eenvoudig: de genderdiversiteit zorgt ook voor een diversiteit aan vaardigheden. Het is dus niet zo, dat vrouwen betere leiders zijn, maar ze zorgen wel voor een nieuwe, frisse visie. Bedrijven die (bewust of onbewust) geen vrouwen hebben in hogere functies, kunnen niet van die diversiteit profiteren.
Slechts 5 procent van de onderzochte bedrijven had een vrouwelijke CEO. Maar let op: dat gegeven maakte amper verschil in de hoogte van de winst. Wat wél een verschil maakte: of er andere vrouwelijke senior executives de topvrouw omringden.
Glazen plafond verlagen?
Sommige landen, zoals Noorwegen, hebben reeds genderquota ingevoerd. Maar, zo waarschuwen de onderzoekers, deze quota helpen de performantie van organisaties niet vooruit. De verklaring is eenvoudig: de vrouwen komen zo in een functie terecht die ze misschien onvoldoende aankunnen. Quota voor vrouwen kunnen nochtans wel degelijk werken. Zo komen er bijvoorbeeld beter quota voor vrouwen in het middenkader. Hoe laag leg je met andere woorden het glazen plafond?
Vaderschapsverlof
En wat helpt de genderdiversiteit ook vooruit? Vaders de gelegenheid geven om voor hun jonge kinderen te zorgen. Deze verschuiving van de sociale normen laat zien dat het niet de vrouwen zijn die thuis voor kinderen moeten zorgen, maar dat ook mannen deze rol kunnen opnemen. Dat zou het struikelblok wegwerken die al generaties lang voor werkende vrouwen opduikt.
Bron: Vox (vox.com)